Het model van de logische niveaus is bruikbaar bij het analyseren van relaties en situaties. Daarnaast kan het helpen bij het verkrijgen van inzicht in het eigen en andermans model van de wereld. Het bevestigt onder andere de ervaringen van veel mensen dat ongewenst gedrag niet verdwijnt, ook al verandert de persoon diens omgeving. Hetzelfde patroon wordt na verloop van tijd weer zichtbaar. De logische niveaus is een (coach)model uit de NLP (Neuro Linguistisch Programmeren).
Iedereen leeft tegelijkertijd op 6 niveaus (bewust en onbewust). Alle niveaus werken samen en ondersteunen elkaar. Lagere niveaus kunnen hogere beïnvloeden, hogere beïnvloeden sowieso de lagere – zowel bekrachtigend als beperkend. Hoe hoger het niveau waarop je verandering aanbrengt, hoe krachtiger en duurzamer het effect zal zijn. Wanneer de logische niveaus met elkaar in overeenstemming zijn, krijg je congruent gedrag.
De verschillende logische niveaus
Klik op één van de onderstaande logische niveaus voor meer informatie.
De omgeving of context zijn de tijd- en plaatsgebonden omstandigheden waarin mensen handelen met hun mogelijkheden, beperkingen, regels en voorschriften. Het is datgene waar we op reageren, wat ons omringt. De andere mensen waarmee we in aanraking komen. Het zijn onder andere het gezin, vriendenkring, klantenkring… Kortom, alles buiten het individu.
Taalgebruik:
Ik zie, Ik voel, Ik hoor…
Vragen:
Hoe ziet het eruit? Wat zie je, hoor je, voel je?
Waar reageer je op? Wanneer en met wie?
Waar, wanneer gebeurt iets? Waar speelt het zich af?
Over welke middelen beschik je? Welke infrastructuur?
Gedrag is dat wat voor de ander zintuiglijk waarneembaar is, wat je van een ander op een videoband zou kunnen zetten (houding, gebaren, doen en laten, stemgeluid…). Dit kan bewust gestuurd worden maar onbewust spelen hier de hogere niveaus mee. Stephen Covey gaat er vanuit dat we door onze invloedssfeer/comfortzone uit te breiden nieuwe gedragsalternatieven en vaardigheden aan kunnen leren.
In NLP brengt men een bepaald succesvol gedrag schematisch in kaart, waardoor het overdraagbaar wordt. Dat wordt ‘modelleren’ genoemd.
Taalgebruik:
Ik doe…
Vragen:
Wat?
Wat doe je verbaal en non-verbaal? Wat is je observeerbare gedrag?
Hoe benader je de situatie, en anderen?
Capaciteiten of vaardigheden zijn de vermogens, kwaliteiten, talenten, inzichten, denkstrategieën, hulpbronnen (resources) en tactieken van een persoon. Dit niveau is de spil van de logische niveaus. Door het toevoegen van vaardigheden kunnen veranderingen in positieve zin tot stand komen. De bereidheid om iets nieuws te leren moet wel ondersteund worden door een overtuiging (één logisch niveau hoger) dat het de moeite waard is om dat te doen.
Taalgebruik:
Ik kan…
Vragen:
Hoe?
Hoe doet je wat je doet? Hoe pak je het aan?
Wat kan je allemaal? Op welke interne en externe hulpbronnen kan je rekenen?
Welke competenties moet je nog verwerven?
Overtuigingen zijn beweringen over jezelf, je bedrijf, anderen, de wereld om je heen, die voor jou waar zijn. Het zijn geen feiten maar generalisaties, criteria, normen, waarden en verwachtingen.
Het is een scala van ideeën dat we voor waar houden en dat de basis is van ons dagelijks handelen. Dit is het niveau waar motivatie ontspringt. Overtuigingen en waarden kunnen ons toestaan bepaalde dingen te doen, maar ons ook beperken.
Taalgebruik:
Ik vind het belangrijk dat…
Ik geloof dat…
De wereld is…
Vragen:
Wat stuurt jou en waarom? Wat wil je zeker vermijden?
Wat geloof je over jezelf, de anderen, de wereld?
Wat vind je belangrijk? Waar gaat het je om? Wat wil je bekomen?
Wat gaat boven alles?
Je bent niet je gedrag. Je identiteit is hoe denk je over jezelf als persoon. Het houdt in je gevoelens van uniciteit en zelfwaarde.
Taalgebruik:
Ik ben (iemand die)…
Coachende Vragen:
Wie ben je? Wat voor mens?
Wat is je rol in deze context? Wat wil je uitdragen?
Onder missie of spiritualiteit worden die principes, waarden en normen verstaan die voor jou van wezenlijk belang zijn. Deze principes, waarden en normen zijn vaak van een hoog abstractieniveau. Wat er onder verstaan wordt, bepaal je zelf. Bijvoorbeeld het principe van mensen vergeven, of liefde centraal stellen in je leven, of een balans vinden tussen yin en yang.
De missie is je levensopdracht. Het bestaat uit intuïties omtrent het grotere geheel waarvan je deel uitmaakt, en de roeping en bezieling die dat geheel verschaft. Het is het fundament van ons bestaan.
Vragen:
Waarom ben je hier? Wat is de zin van jouw aanwezigheid in deze context?
Van waaruit handel je?
Waar ben je onderdeel van? Wat is het grotere geheel dat jou leidt?
Wat is jouw meerwaarde binnen het grotere geheel?
Dynamieken binnen de logische niveaus
Gedrag en omgeving zijn volledig zichtbaar. Vaardigheden zijn gedeeltelijk zichtbaar. De rest is volledig onzichtbaar, zelfs voor de persoon zelf. Hoe hoger het niveau, hoe moeilijker de zaken die hier spelen te achterhalen zijn.
Een hoger niveau organiseert de informatie op lagere niveaus. Een verandering op een hoger niveau ZAL dan ook veranderingen op de lagere niveaus veroorzaken. Veranderingen en leerprocessen op een bepaald niveau vragen om stabiliteit op één niveau hoger. Een verandering op een lager niveau KAN verandering op een hoger niveau teweegbrengen.
Coaching volgens de logische niveaus
In elke context richt een interventie zich op één van de niveaus. De mate van zelfbewustzijn bepaalt de toegang die men heeft tot de hogere niveaus en het maximale niveau waarop optimale coaching kan plaatsvinden. Coaching op gedragsniveau heeft een beperkte toegevoegde waarde omdat het aan de oppervlakte blijft. Door te coachen op het vlak van overtuigingen veranderen zowel de vaardigheden als het gedrag, en daardoor vaak ook de omgeving.
Kortdurende coaching en training gaan eerder werken op omgevings-, gedrags- en vaardigheidsniveau. Dit betekent werken met een grotendeels bewuste realiteit, die rationeel kan benaderd worden.
Bij elke gedragsverandering spelen de bijbehorende overtuigingen en identiteitsbeeld een grote rol. Deze moeten passen bij de gewenste vaardigheden en gedrag. Vandaar dat het aanpassen, verruimen of veranderen van overtuigingen en zelfbeeld soms meer aangewezen is dat het louter aanpassen van gedrag of aanleren van nieuwe vaardigheden. Overtuigingen en zelfbeeld zijn vaak grotendeels onbewust, waarvoor er eerst bewustwording moet komen.
Het model van de logische niveaus kan helpen met het ontwikkelen en beoordelen van doelen, visie en missie. Hierbij kunnen we vragen stellen zoals: Houd ik bij het formuleren van mijn doelen wel rekening met mijn omgeving? Welke vaardigheden heb ik en welke dien ik aan te leren om mijn missie en visie te bereiken?
Wanneer je je doel stap voor stap van omgeving tot missie afloopt, kom je te weten of het op alle niveaus goed zit. Klopt er ergens iets niet, zoek dan het niveau waar het misloopt. De oplossing ligt vaak op een ander niveau dan het niveau van het gepresenteerde probleem. Zo moet de persoon nog een bepaalde vaardigheid ontwikkelen om een bepaald gedrag te kunnen stellen, of het doel strookt niet met diens zelfbeeld waardoor een bepaalde vaardigheid niet aangeleerd wordt.