Wat is stress?
Stress is een instinctieve reactie van ons lichaam, gestimuleerd door ons overlevingsmechanisme. Bij gevaar of dreiging reageert ons lichaam met een stressreactie om ons in een staat van paraatheid te brengen. Zo kunnen we omgaan met wat er op ons afkomt.
Denk maar even terug aan de oertijd: wanneer de oermens oog in oog kwam te staan met een wild dier, was er een actie nodig om in leven te blijven. Vandaag is stress nog steeds datzelfde mechanisme, alleen is de aard van stressoren (de prikkels die stress veroorzaken) veranderd.
Ons brein blijft onze omgeving echter nog steeds scannen op gevaar en dreiging, vanuit het bovengenoemde overlevingsinstinct.
In de literatuur worden drie klassieke stressreacties beschreven:
- Fight (vechten)
- Flight (vluchten)
- Freeze (bevriezen)
Wij voegen er graag nog een vierde aan toe die vandaag veel voorkomt:
- Follow (volgen)
Het is met die laatste stressreactie dat we in onze stress- en burn-outpraktijk vaak te maken krijgen.
Stress is eigenlijk een geheel van prikkels
Bij de meeste mensen heeft het woord ‘stress’ een negatieve connotatie. Stress is echter een essentieel onderdeel van ons leven, en zelfs van ons geluk. Het woord ‘stress’ wordt vaak gebruikt om het ‘te veel’ en ‘te lang’ aan te duiden, dus misschien is het tijd om een neutraler woord te gebruiken. ‘Prikkels’, bijvoorbeeld.
We hebben prikkels nodig in ons leven, anders wordt het saai en misschien wel te comfortabel (denk maar aan de zogenaamde comfortzone). Op het werk, in onze relaties, in onze vrije tijd… houden we van avontuur, spanning en opwinding. Een bepaalde hoeveelheid prikkels die aangenaam hoog ligt.
Maar prikkels kunnen ook te veel worden, of te lang duren. Dan spreken we van ‘overload’. Dan is het niet meer leuk, maar net ongemakkelijk, enerverend, uitputtend, beangstigend. Het is pas dan dat we van stress of overspanning spreken. Het prikkelniveau wordt onaangenaam en we ervaren meer spanning dan comfortabel of fijn is. Deze vorm van stress kost ons bakken energie en willen we liever vermijden.
De uitdrukking ‘positieve stress’ horen we liever niet. Dat veroorzaakt verwarring, want stress is altijd negatief. Positieve gevoelens daarentegen zijn spannend, opwindend en misschien zelfs een beetje oncomfortabel, maar nog steeds gewild. Stress is echter ongewild.
Vaak ontstaan de problemen wanneer het niet meer duidelijk is of de spanning nog leuk of niet meer leuk is. We willen allemaal heel wat, zadelen onszelf op met leuke taken, verwachtingen en ambities. Maar al die dingen samen, in combinatie met bijvoorbeeld een onverwachte tegenslag, worden ons te veel. Een te veel aan leuke prikkels drijven ons in het rood, hoe leuk ze ook zijn.
Wanneer een situatie té prikkelend is, vertoont ons lichaam een overlevingsactie: verdoving, ook wel autopiloot. We voelen (een deel van) de prikkels niet meer die we nodig hebben om goed te blijven functioneren. Denk maar aan iemand die een ongeval heeft en zijn been breekt: het doet ongelofelijk veel pijn, maar de persoon voelt niks en is daarom nog in staat om zelf naar het ziekenhuis te gaan.
Het verschil tussen acute en chronische stress
We kunnen twee soorten stress onderscheiden: acute en chronische stress.
Wat is acute stress?
Acute stress is onze reactie op de onvermijdelijke prikkels die in het leven op ons pad komen. Je bent in een situatie van rust, er komt iets op je pad waardoor je hartslag versnelt. Als de situatie voorbij is, zakt je prikkelniveau terug. Acute stress is heel normaal en natuurlijk, en zelfs gezond! De activering van ons autonome zenuwstelsel zorgt ervoor dat ons hart getraind blijft en dat ons immuunsysteem op scherp staat. Wie nooit geprikkeld wordt, wordt ook minder tolerant voor prikkels.
Voorbeelden van acute stress:
- Schrikken;
- De momenten vlak voor een presentatie of een examen;
- Een nakende deadline;
- Een bijna-ongeluk;
- Een wedstrijd winnen;
- Een film die je raakt.
Acute stress wordt echter contraproductief wanneer we voortdurend stressoren opzoeken. Wie zou nu zo gek zijn?!
Vergis je niet, onderzoek naar stress wijst uit dat ons gebruik van computer, tablet, smartphone en andere media een constante, lage belasting veroorzaakt. Ook door de aard van wat de meeste mensen doen, zoals zichzelf vergelijken met anderen, dramatisch nieuws opzoeken, spannende spelletjes spelen enzoverder, lokken we stress uit. En die is niet altijd even laag. Op die manier blijven we dus in die stressreactie, wat kan leiden tot chronische stress.
Wat is chronische stress?
Chronische stress is veel ernstiger dan acute stress en heeft niks te maken met de prikkel die hier en nu is. Deze vorm van stress ontstaat door een typisch menselijk vermogen: het vermogen om ons zaken zodanig levendig voor te stellen, dat ons lichaam ze werkelijk beleeft.
Beeld je eens in dat iemand in je nabije omgeving je groot onrecht aandoet. Hoe zal je dat aanpakken? Wat zeg je tegen die persoon?
Of nog: stel je voor dat je zure melk drinkt. Hoe smaakt dat? Hoe reageer je daarop?
Of wat doe je als er plots oorlog uitbreekt.
Wat voel je en wat gebeurt er in je lichaam als je hierover nadenkt? Inderdaad, we reageren alsof het er al (bijna) is. Ons brein maakt weinig tot geen onderscheid tussen wat er werkelijk is en wat we ons inbeelden.
Het deel van ons brein dat hiervoor verantwoordelijk is, de amygdala. Deze reguleert onze stressreactie en staat in voor ons overleven. Ze maakt geen onderscheid tussen hypothetisch en reëel gevaar. Tegenwoordig worden we niet meer opgejaagd door groot wild; onze stress speelt zich nu vooral sociaal af. Wat denkt de ander over ons, doen we het wel goed, wordt ons geen onrecht aangedaan …?
Veel chronische stress bevat een vorm van weerstand. We zijn het niet eens met onze situatie, we zijn ontevreden of angstig. We kunnen niet accepteren dat we zitten waar we zitten. Zo is het dus perfect mogelijk dat iemand met een doorsnee, niet bepaald avontuurlijk leven toch op hoogspanning kan staan. De acute stressoren zijn laag, maar toch is deze persoon voortdurend in hoge mate gestresseerd. Zo is een werkvloer waar de werkdruk niet zo hoog is, maar waar wel geroddeld en gepest wordt, een ideale kweekvijver voor overspanning en zelfs burn-out.
Voorbeelden van chronische stress:
- Piekeren;
- Zenuwen voor een presentatie over enkele maanden;
- Algemene angst;
- Faalangst;
- Botsing met bedrijfscultuur;
- Kind met een beperking;
- Een crisissituatie;
- Algemeen gevoel van onveiligheid;
- Een chronische ziekte.
De gevolgen van chronische stress zijn niet min. Bij een lange periode van energieverlies door chronische stress kan burn-out een gevolg zijn. Vaak wordt gewezen op een acute stressor als ‘trigger’ van de explosie of de melt-down die aan de burn-out voorafgaat. Wij zien dat echter anders: de trigger is slechts de druppel. Daaraan gingen vaak maanden overspanning en zorgen vooraf. Het is die periode die de veerkracht deed verminderen en de elastiek lieten knappen.
Wat is een burn-out?
De term ‘burn-out’ werd voor het eerst geformuleerd in 1974 door psychiater Herbert Freudenberger. Zijn definitie werd overgenomen en bijgestuurd door Christina Maslach Ph.D, één van de wetenschappelijke pioniers op burn-outgebied. Haar test, de Maslach Burnout Indicator, is tot op vandaag een referentie voor de meting van burn-outs.
Dit is hoe Christina Maslach burn-out definieert:
“Burnout is een toestand (of dreiging van) emotionele uitputting naar aanleiding van menselijke interactie, gecombineerd met verschijnselen van depersonalisatie/cynisme (anderen als negatief subject of object zien) en verminderd vertrouwen in persoonlijke competentie.”
Een behoorlijk psychologische benadering die impliciet ook veel verantwoordelijkheid voor de oplossing bij de persoon zelf legt. Vaak worden er ook typologieën meegegeven van mensen die vatbaarder zijn voor burn-out. Plichtsgetrouwheid, perfectionisme en werkverslaving zijn daarbij belangrijke risicofactoren.
Maar hoe komt het eigenlijk dat zoveel mensen last hebben van die eigenschappen? Als iets een hele hoop mensen – volgens sommige cijfers wel 5% van de actieve bevolking – treft, heeft dat dan niet meer te maken met hoe wij als samenleving met werk en tijd omgaan dan met die mensen op zich?
Burn-out is voor ons niet enkel een individueel, maar ook een collectief gegeven. Een aantal maatschappelijke trends zoals de toenemende drang om te presteren en bereikbaar te zijn, de mechanisatie van het werk, het altijd maar méér moeten hebben en doen … hebben een samenleving gecreëerd waar de druk enorm hoog ligt.
Zij die een burn-out krijgen en uitvallen zijn de kanaries in de koolmijn. Ze beantwoorden vaak wel aan een bepaald profiel of positie die hen kwetsbaar maakt, maar zijn ze daarom profiteurs of zwak? Allerminst! Je moet namelijk verdomd hard werken om helemaal uitgeblust te raken.
Burn-out is ook niet uitsluitend een werkgerelateerd probleem. Het is een combinatie van factoren die voor chronische stress zorgen, waardoor je uitgeblust raakt. Volgende situaties kunnen bijvoorbeeld ook tot een burn-out leiden:
- Je wilt goed uit de recessie komen of je huwelijk redden. Je legt de lat erg hoog of wilt geen fouten maken.
- Je moet en zult uit de schulden geraken en je baan wil je niet verliezen.
- Je leidinggevende begrijpt jou niet en je maakt je kwaad.
- Je rust niet voordat de dingen die af moeten zijn ook af zijn, al duurt het een jaar.
- Je hebt moeite met ‘nee’ zeggen en je trekt al het werk naar je toe.
- Je bent in gezelschap van anderen soms onzeker van jezelf of je hebt een bepaalde angst die je naar anderen wilt verbloemen en die gaat opspelen.
- Je overschat jezelf en denkt meer te kunnen dan je aankunt.
Burn-out versus Bore-out
Een bore-out komt voor bij mensen die te weinig uitgedaagd worden, die in een job of situatie zitten waarin ze chronisch onderprikkeld worden. Op zich verklaart een job of omgeving van lage prikkels niet waarom iemand zich letterlijk kapot zou vervelen.
Voor ons rust de verklaring in de weerstand die we kunnen hebben tegen zo’n situatie. Als je geen enkele ambitie koestert, is het immers geen probleem dat je werk wat saaier of onder je niveau is. Het is pas wanneer we dingen van onszelf verwachten dat we beelden hebben van hoe het zou moeten zijn en dat die job in vergelijking maar saai en weinig uitdagend lijkt. En voor ons is het de weerstand tegen de huidige onderprikkelende situatie die voor stress zorgt, vaak in combinatie met de angst om te vertrekken, niet weten wat je anders zou doen, brood op de plank moeten brengen… Een typische vorm van chronische, ingebeelde stress dus.
Wat is het verschil tussen burn-out en depressie?
Wanneer iemand een burn-out krijgt, horen daar vaak depressieve gevoelens en gedachten bij. Iemand die na jaren hard werken en zichzelf omhoog werken tot een bepaalde positie plots uitvalt, zal niet alleen uitgeput zijn, maar zich ook niet goed voelen. Zijn hele levenswerk is immers ingestort. Heeft die persoon dan ook automatisch een depressie? Hoe maak je het onderscheid tussen een burn-out en een depressie?
Eén manier om ernaar te kijken is dat burn-out vooral over fysieke energie gaat: je bent lichamelijk uitgeput. De wil om ervoor te gaan is er wel nog. Giet energie in de tank, en je zou weer verder kunnen. Depressie heeft dan weer meer te maken met de gemoedstoestand. Iemand die depressief is, ziet nergens nog het nut van in. Zelfs al had je energie, misschien heb je die zelfs nog, je zou ze niet gebruiken. Hoe erger de burn-out of de depressie, hoe meer ze op elkaar gaan lijken. Het gebrek aan energie en het donkere gemoed gaan hand in hand en versterken elkaar.
Burn-out is niet hetzelfde als chronische vermoeidheid
Burn-out krijg je door een combinatie van stress en te weinig recuperatie. Onze batterij loopt leeg, door activiteiten én door zorgen, angsten… We gaan niet enkel fysiek maar ook emotioneel, mentaal en relationeel over onze grenzen. Lichamelijk heeft dat bijna exact dezelfde weerslag als chronische vermoeidheid.
Om chronisch moe te zijn hoef je niet noodzakelijk stress of zorgen te hebben. Het is een puur fysieke uitputting. Een lichaam dat niet voldoende slaapt, niet goed gevoed en gehydrateerd wordt, dat ziek is en niet verzorgd wordt… is op den duur chronisch vermoeid. Zelfs al heb je een lekker chille job en geen deadlines of mensen die je wil plezieren door over je grenzen te gaan.
Natuurlijk helpt het niet om én gestresseerd te zijn én niet goed voor je lichaam te zorgen.